Informatief
Tips bij het veurlezen of veurdragen
VOORLEZEN EN VOORDRAGEN
Doelen:
• Taalontwikkeling - Het vergroot op een natuurlijke manier de woordenschat
• Het bevordert het concentratievermogen
• Het bevordert het goed luisteren
• Het bevordert het vormen van goede zinnen
• Het prikkelt de fantasie
• Het vergroot de wereld om je heen
• Het stimuleert jonge kinderen tot het zelf leren lezen
• Het stimuleert ouderen tot meer lezen
Voorbereidingen:
• Het verhaal/gedicht moet passen bij de belevingswereld van de groep
• Grondig voorbereiden, van te voren goed lezen, ook hardop
• Oefen voor de spiegel
• Bepaal welke situaties, begrippen of woorden je moet uitleggen
• Geef harder-zachter, versnellingen, verbindingen en pauzes in de tekst met tekens aan
• Denk na over de zinnen die je gebruikt om het verhaal in te leiden
Uitvoering:
• Zorg dat je voor iedereen goed zichtbaar in beeld bent
• Gebruik je stem in je normale ritme, zoals je die normaal ook gebruikt
• Wees volstrekt meester van je stem; niet schreeuwen of te luid spreken
• Voldoende afwisseling in toonhoogte; niet eentonig worden en niet overdrijven
• Nieuw onderwerp – andere toon
• Adem rustig , op de juiste plekken in de tekst, onhoorbaar of bewust hoorbaar
• Leestempo niet ‘rabbelen’ (te gehaast) en niet ‘temen’ (zeurderig)
• Voeg je eigen leestekens en rusten toe
• Goed articuleren voor de goede verstaanbaarheid; overdrijf niet
• Maak het levendig door
* een passende mimiek
* het maken van stemmetjes; bij ieder personage verschil in hoogte en in
tempo toepassen
* de intonatie
* passende gebaren (simpel en niet te veel, dat leidt af)
• Blijf contact houden met de groep die wordt voorlezen; kijk over het boek heen
• Het hoofd niet te snel achter elkaar van de ene naar de andere plek draaien
• Straal zelfverzekerdheid uit
• Blijf in je rol bij vergissingen