Underzuuk
Vaak wordt gedacht dat kinderen in Noordoost-Nederland een taalachterstand hebben. Orthopedagoog Bé Poolman bestrijdt deze zienswijze en komt op basis van onderzoek tot de conclusie dat kinderen in het noordoosten van ons lang geen taalachterstand hebben. Op 10 maart 2016 is Bé Poolman op dit onderwerp gepromoveerd aan de RuG.
Poolmans onderzoek richtte zich in eerste instantie op de vraag hoe groot de taalachterstand van inwoners van Noordoost-Nederland nu feitelijk is. Hij wilde te weten komen hoe groot de taalachterstand van inwoners van Noordoost-Nederland nou eigenlijk is. De promovendus constateert dat er grote verschillen zijn tussen kinderen die in een 'talige cultuur' worden opgevoed en kinderen die dat moeten missen. Maar van een algemene taalachterstand kan niet gesproken worden.
Verrast.
De onderzoeker is verrast door de conclusies uit zijn eigen onderzoek. 'Er is een groep die het gemiddeld tot goed doet, soms zelfs beter dan kinderen elders in het land', zegt hij. 'Deze groep houdt het gemiddelde op peil.' Maar Poolman ziet ook dat er een groot verschil is tussen kinderen: ‘Er is een groep die echt een forse taalachterstand heeft.’
Hulp aan ouders.
Om de achterstand bij deze groep aan te pakken adviseert de onderzoeker de betreffende ouders te helpen bij de opvoeding. Het is belangrijk dat kinderen opgroeien in een zo taalrijk mogelijke omgeving. Daar kunnen opvoeders heel goed bij geholpen worden. En misschien levert het voor henzelf ook nog wat op.
Bron: RTV Noord (2 maart 2016)